Eerste strategische vijfjarenplan

Nieuwe tijd
Met het eerste strategisch vijfjarenplan in haar geschiedenis, ‘She makes the difference’ (2004 – 2008), dat onder leiding van directeur Ellen Sprenger was ontwikkeld, maakte Mama Cash zich op voor een nieuwe tijd. Het stimuleren van het wereldwijd oprichten van onafhankelijke regionale en nationale vrouwenfondsen bleef een prioriteit. Mama Cash ging door met het ondersteunen van vrouwengroepen die taboe-onderwerpen aanpakten. Het aantal thema’s werd echter beperkt: liever toespitsen dan alles aanpakken. Gefocust werd op lichamelijke integriteit, economische rechtvaardigheid, vrede en veiligheid, zeggenschap en participatie en kunst, cultuur en media.

Mama Cash moest weer scherper stelling nemen, actiever en eigenwijzer zijn. Bovendien wilde ze, naast haar rol als geldverstrekker, ook de filantropische wereld beïnvloeden. Anderen moesten ervan worden overtuigd meer geld in vrouwenrechten te investeren. Ten slotte wilde Mama Cash de kwaliteit van de evaluaties van de door haar gegeven subsidies verbeteren. Ze wilde het effect van zowel haar eigen inspanningen als die van de gesteunde groepen beter zichtbaar maken.

Eigen kompas

Hanneke Kamphuis

Hanneke Kamphuis

Hanneke Kamphuis, afkomstig van ontwikkelingsorganisatie Stichting Nederlandse Vrijwilligers, volgde Sprenger in 2004 op als directeur. Zij ging het nieuwe vijfjarenplan ten uitvoer brengen. Zij moest ook rust brengen in de organisatie die in het begin van het nieuwe millennium danig in beroering was gebracht door de definitieve overgang van vrijwilligers naar betaalde krachten. Na het vertrek van de laatste oprichters – Marjan Sax en Lida van den Broek – in 2003 moesten bestuur en staf op eigen kompas verder.

Blik naar Zuiden en Midden- en Oost-Europa
Met het stopzetten van het Cultuurfonds in 2001, het Garantiefonds in 2002 en de Mama Cash Kunstprijs in 2004 was de blik van Mama Cash nog meer dan tevoren vooral naar het Zuiden en Midden- en Oost-Europa gericht.

Groepen zoals Organisation for Women’s Freedom in Iraq, die tijdens de in 2003 door de Verenigde Staten begonnen oorlog in Irak opvanghuizen voor mishandelde vrouwen opzette, Cross in India, dat gelijke betaling eist voor gelijk werk op de rubberplantages, StudioMobile in Georgië dat via radio, TV en een rondreizend videotheater mensen in afgelegen gebieden in aanraking brengt met vrouwenrechten, en het Relacahupan netwerk in Zuid Amerika dat strijdt voor het ontmedicaliseren van zwangerschap en bevalling, kregen in deze periode geld van Mama Cash.

Hoewel Mama Cash gewoonlijk niet aan noodhulp doet, ging Mama Cash na de tsunami die vele landen rondom de Stille Zuidzee in 2004 trof, via haar netwerk van adviseurs op zoek naar vrouwengroepen die ze kon steunen. Ze ondersteunde onder andere Siyath, een organisatie in Sri Lanka die vrouwelijke thuiswerkers voorzag van kapitaal voor nieuwe voorraden kokosbast, die door het watergeweld waren weggespoeld.

Internationale samenwerking
In het nieuwe millennium ging Mama Cash verschillende vormen van samenwerking aan met internationale feministische organisaties. Die waren aan het eind van de twintigste eeuw sterk gegroeid en hun invloed was aanzienlijk toegenomen. Zo testte Mama Cash samen met andere vrouwenfondsen het evaluatie-instrument Making the Case. Dit was een door het Women’s Funding Network (WFN) ontworpen methode om de impact van de gegeven subsidies te evalueren. Ook werd samen met het WFN Smart Growth uitgedacht, een instrument voor organisatieontwikkeling van vrouwenfondsen.

Schokkende feiten
Daarnaast werkte Mama Cash samen met de Association for Women’s Rights in Development (AWID). AWID is een internationaal netwerk dat wereldwijd bewegingen en organisaties die opkomen voor vrouwenrechten en vrouwenrechtenactivisten ondersteunt, opdat ze meer gehoord worden en meer invloed hebben. Samen met AWID publiceerde Mama Cash in 2005 het boek The Future of Women’s Rights. Het boek analyseerde de positie van vrouwen vanuit het perspectief van veertien activisten uit verschillende werelddelen, uitmondend in strategische notities voor de toekomst van de internationale vrouwenbeweging.

In hetzelfde jaar presenteerde AWID het eerste rapport Where is the money for Women’s Rights? met daarin het schokkende feit dat wereldwijd slechts 3,6 procent van het geld voor ontwikkelingssamenwerking besteed werd aan gelijke rechten voor vrouwen en meiden. Vanuit de Europese Unie was dat zelfs een schamele 0,04 procent.

Badkuiprace

Badkuiprace 2007

Badkuiprace 2007

Voor Mama Cash betekende het AWID-rapport een extra aansporing om haar fondsenwervingsactiviteiten uit te breiden. Ze startte in 2005, in navolging van het HER Fund in Hong Kong, de ‘Campagne 88 Dagen’. Deze Campagne begon op 10 december, de Internationale Dag van de Mensenrechten en eindigde 88 dagen later op 8 maart, Internationale Vrouwendag. Het werd de eerste online campagne in de geschiedenis van Mama Cash. De campagne gaf een enorme impuls aan de online community van de organisatie. In die 88 dagen werd de website vaker bezocht dan in de twee jaar daarvoor. Bezoekers konden e-cards versturen, een petitie voor de Europese commissie over het gebrek aan geld voor vrouwenrechten ondertekenen, hun stem uitbrengen op een van de zes genomineerde vrouwengroepen voor de ‘Mama Cash (she changes the world) Award’ en last but not least geld doneren. De campagne bracht 135.000 euro op en werd door de Amerikaanse ePhilantropy Foundation genomineerd voor de ePhilanthropy Award. Mama Cash voerde deze baanbrekende Campagne 88 Dagen vier jaar op rij, elk jaar met een ander thema. In 2007 en 2008 werd de campagne afgesloten met een spectaculaire badkuiprace door een van de Amsterdamse grachten.

WOMEN Inc.

Magriet van der Linden bij de Mama Cash stand op het Women Inc Festival in 2011

Magriet van der Linden bij de Mama Cash stand op het Women Inc Festival in 2011

Ook in Nederland zocht Mama Cash nieuwe samenwerkingsverbanden. Er bestond behoefte aan een eigentijds platform voor de vrouwenbeweging. Daartoe nam Mama Cash het initiatief: samen met de Founding Mothers, een voor die gelegenheid geformeerd netwerk van vrouwen uit diverse sociaal-economische organisaties, stond Mama Cash aan de wieg van WOMEN Inc..Women Inc. is inmiddels uitgegroeid tot een organisatie waar vrouwen van alle leeftijden, achtergronden en disciplines elkaar kunnen ontmoeten, hun stem laten horen en hun krachten kunnen bundelen. WOMEN Inc. organiseert talkshows, netwerken en acties en een tweejaarlijks groots opgezet en druk bezocht vrouwenfestival. Mama Cash was prominent aanwezig bij diverse activiteiten van WOMEN Inc., zoals de festivals in 2005 en 2007, en samen organiseerden zij diverse 8 maartbijeenkomsten (internationale vrouwendag).

Zeventig miljoen
In 2007 begon Mama Cash serieus werk te maken van haar voornemen om overheden, fondsen en niet-gouvernementele organisaties te overreden meer geld in vrouwenrechten te investeren. In dat jaar riep de Nederlandse overheid in het kader van de millenniumdoelstellingen van de Verenigde Naties het zogenaamde ‘MDG3 Fonds’ in het leven. Samen met organisaties als Hivos, Cordaid en Oxfam Novib dacht Mama Cash mee over de criteria en richtlijnen van het fonds. Mama Cash kwam weliswaar niet zelf in aanmerking voor MDG3-gelden, maar zij spande zich ervoor in dat ook gemarginaliseerde groepen binnen de vrouwenbewegingen een flinke financiële injectie zouden krijgen.

Zo zorgde Mama Cash ervoor dat de minimale aan te vragen subsidie niet 700.000 euro was, maar 300.000, zodat ook kleinere organisaties geld konden aanvragen bij het fonds. Het MDG3 Fonds werd een groot succes. Omdat de kwaliteit van de aanvragen zo goed was, keerde de Nederlandse overheid in 2008 niet de oorspronkelijk geplande 50 miljoen, maar 70 miljoen euro uit aan 45 vrouwenrechtenorganisaties en vrouwenfondsen. Veertien van de deze organisaties werden eerder gesteund door Mama Cash.

Internationale bestuursleden

Het internationale bestuur in 2008

Het bestuur in 2008

Niet alleen haar werkveld, maar ook Mama Cash zelf werd steeds internationaler. Met name het programmateam werd versterkt met vrouwen afkomstig uit vrouwenbewegingen van verschillende werelddelen. Met hun komst werd Engels steeds meer de voertaal op het Amsterdamse kantoor. In 2006 kwamen vier vrouwen uit de internationale vrouwenrechtenbeweging het tot dan toe uit Nederlandse vrouwen bestaande bestuur versterken. Directeur Kamphuis: ‘Als je een internationale organisatie bent, internationaal subsidie verstrekt, internationaal fondsen werft en medewerkers uit alle windstreken in dienst hebt, moet je natuurlijk ook een internationaal bestuur hebben.’

Het jaar daarop kreeg het bestuur twee voorzitters, de Russische vrouwenrechtenactivist Anastasia Posadskaya-Vanderbeck en de Nederlandse arts Marjo Meijer, activist en erfdochter van het eerste uur. Terwijl vanaf 1996 het jaarverslag zowel in het Nederlands als in het Engels verscheen, werd het vanaf 2008 alleen nog in het Engels gedrukt. De Nederlandse versie was voortaan alleen digitaal op de website van Mama Cash te vinden.

Inhaalslag
Bij Mama Cash, dat altijd had geijverd voor gelijke rechten voor vrouwen overal ter wereld, hadden arbeidsrechten voor de eigen – inmiddels ruim dertig werknemers – relatief weinig aandacht gehad. Om in de pas te gaan lopen met goed Nederlands werkgeverschap werd in 2006 een personeelsvertegenwoordiging in het leven geroepen. Ondanks het feit dat de salarissen in 2004 aan de CAO Welzijn werden gerelateerd, waren ze achtergebleven bij wat voor die tijd gebruikelijk was: het was een late echo van haar verleden als vrijwilligersorganisatie. Door de lage salarissen werd het steeds lastiger voldoende gekwalificeerd personeel aan te trekken. In 2007 werd een inhaalslag gemaakt, van een flink aantal functies werden de salarisschalen verhoogd.

Nieuwe wind
Het vernieuwde bestuur liet een daadkrachtige nieuwe wind waaien door de organisatie. Marjo Meijer, duovoorzitter van het bestuur: ‘Elke organisatie raakt op een gegeven moment over haar groei heen. Dan heb je nieuwe energie, een nieuwe impuls nodig.’ (bekijk interview) Het bestuur benoemde in 2008 de een jaar tevoren als manager Fondsenwerving & Communicatie in dienst gekomen Nicky McIntyre tot directeur. McIntyre had daarvoor gewerkt bij het Amerikaanse zusterfonds Global Fund for Women. Ze werd de eerste niet-Nederlandse directeur van de organisatie.

In de jaren 2004 – 2008 gaf Mama Cash 12.159.000 euro aan 1234 groepen. In 2008 waren er 24 betaalde krachten op voltijdsbasis in dienst en waren er 28 vrijwilligers parttime verbonden aan Mama Cash.